Voor het maken van een goed beeld is vaak onderzoek en studie nodig.
Boeken kunnen daarbij helpen. Je werkt b.v. zoals Marja aan een dame met lange benen.
Voor het boven lijf gebruikt ze een modelstudie boek “Anatomie voor de kunstenaar” van Sarah Simblet. Dit is een prachtig boek met mooie foto’s en tekeningen. Ze vind erin wat ze zoekt, de opbouw van een arm, de elle boog, de spieren en details over de vormen.
Wanneer je een mensfiguur wilt maken is b.v. dit boek erg leerzaam en plezierig. Het is in het Nederlands te koop, maar dan erg duur. In het Engels en Duits stukken voordeliger.
Het meeste leer je natuurlijk van werken met een model, maar dat is niet altijd mogelijk. Je kunt ook naar jezelf kijken, knijpen en voelen, hoe het in elkaar zit. Het is handig als je iets begrijpt van de opbouw van het menselijk lichaam en de consequenties voor de vorm.
Een houten modelpop of ledepop is ook handig.
Een aardige les die ik ooit kreeg van mijn lerares modelboetseren was dat altijd alle kanten van een beeld (voor, achter, links, rechts) goed moeten zijn. Bekijk in een museum de beelden niet alleen aan de voorkant, zei ze. Helaas staan in een museum de beelden vaak met de rug dicht tegen en muur; gevolg is dat je dan de achterkant niet kunt zien.